UITSTRALENDE PIJN EN TINTELINGEN OF VOOSHEID IN DE BENEN

 

UITSTRALENDE PIJN EN TINTELINGEN OF VOOSHEID IN DE BENEN als gevolg van slijtage van tussenwervelschijven

 

‘Dokter, ik heb al jaren pijn in de rug en kon daar wel mee leven, maar nu heb ik ook last in de benen en dat neem ik niet’

 

Door de slijtage van de schijven in de rug zullen de schijven wat inzakken (te vergelijken met een platte autoband). Dit heeft voor gevolg dat de schijf wat uitpuilt (protrusie) en dat de aanpalende wervels dichter bij mekaar komen. Zodoende wordt de opening door de welke de zenuw uit de wervelkolom treedt als maar kleiner. Wanneer de zenuw onvoldoende plaats heeft zal er een voosheidsgevoel onstaan of tintelingen in het verloop van deze zenuw. Elke zenuw verzorgt een specifiek deel van het been, en door te tonen waar in het been de klachten worden ervaren, kan de rugspecialist bepalen welke zenuw nu juist klem zit. Na een tijdje kan er ook pijn opkomen in het been of ook typisch een vermindering ontstaan van de afstand die te voet kan worden afgelegd (neurogene claudicatie). 

 

De behandeling wordt in den beginne best gevolgd door de huisarts. Naast radiografieën en scanners kan men hier ook onderzoeken aanvragen van de zenuwen zoals bv een EMG (met haarfijne naaldjes door de huid te prikken kan men de werking van de zenuwen nagaan). Als behandeling staat op het menu: medicijnen, vermageren, stoppen met roken, rugspier- en buikspieroefeningen, kinesitherapie, osteopathie, acupunctuur, injecties (ook soms epidurale injecties), een corset (lumbostaat), aanpassen van de werkomstandigheden, een beter bed enz. 

 

Als al dit niet meer werkt kan men zich de vraag stellen ‘KAN EEN OPERATIE MIJ HELPEN?’ 

 

In de meeste gevallen wel. Het princiepe bestaat erin de vensters door dewelke de zenuwen uit de wervelkolom treden te verbreden. Dit gebeurt ZONDER de mekaniek van de rug aan te tasten. De schijven en gewrichten blijven onaangeroerd. De huidige spitstechnieken laten ons toe te zeggen dat de kans dat iemand zich, laten we zeggen, enkele maanden na zijn operatie beduidend beter voelt, rond de 95% schommelt. Dit wil niet zeggen dat een bepaalde persoon 95% beter zal zijn, maar wel dat van honderd geopereerde personen er 95 tevreden zullen zijn en 5 ontgoocheld. Deze laatste zijn meestal diegenen die te lang heben gewacht of die te veel litteken vormen in het operatiegebied. Eigenaardig genoeg zeggen deze patiënten dikwijls dat na de operatie de eventuele rugpijn ook is vermindert, hoewel dit niet het eigenlijke doel was van de ingreep. Toch alvast leuk meegenomen.

 

De operaties gebeuren onder volledige verdoving, zijn eigenlijk niet pijnlijk, en de hospitalisatie duurt maar enkele dagen. Patiënten kunnen stappend naar huis gaan en een aktieve revalidatie is zelden vereist. Oudere mensen die alleen wonen en geen opvang hebben thuis gaan graag voor enkele weken op revalidatie vooraleer naar huis terug te keren.

 

Knagende NEKPIJN door slijtage van tussenwervelschijven

‘Dokter, het zit me tot in de nek’

Dit gaat meestal ook gepaard met hoofdpijn achteraan de schedel en pijn in de schouders en
tussen de schouderbladeren

De behandeling wordt ook hier in den beginne best gevolgd door de huisarts. Op het menu
staan opnieuw: medicijnen, stoppen met roken, kinesitherapie, osteopathie, acupunctuur, een
halskraag, aanpassen van de werkomstandigheden enz

Als al dit niet meer werkt kan men zich ook hier de vraag stellen ‘KAN EEN OPERATIE
MIJ HELPEN?’

In sommige gevallen wel. Het princiepe bestaat erin de versleten schijf operatief te
verwijderen en dan de aanpalende wervels aan mekaar vast te zetten. Ook hier zijn er spijtig
genoeg beperkingen aan zulke operaties. Er mogen niet te veel schakels aangetast zijn. Best
zijn één, twee of drie schakels. Meer schakels opereren is technish niet moeilijker, maar de
resultaten zijn niet zo goed. De huidige spitstechnieken laten ons toe te zeggen dat de kans
dat iemand zich, laten we zeggen, enkele maanden na zijn operatie beduidend beter voelt,

rond de 90% schommelt. Dit wil niet zeggen dat een bepaalde persoon 90% beter zal zijn,
maar wel dat van honderd geopereerde personen er 90 tevreden zullen zijn en 10
ontgoocheld. De beslissing om zulk een ingreep te laten uitvoeren ligt echter niet bij de
rugspecialist maar bij de patient zelf en hij/zij draagt er dan ook de verantwoordelijkheid
voor. Nekpijn is namelijk geen levensbedreigende aandoening en een ingreep is nooit
‘absoluut’ onafwendbaar zoals dit bijvoorbeeld wel het geval kan zijn bij een kwaadaardig
gezwel. De rol van de rugspecialist is hier vooral om te informeren en alles uit te leggen tot
de persoon zelf heeft beslist de operatie te laten doorgaan. Vanaf dat ogenblik zal de
specialist zich natuurlijk volledig met hart en ziel toewijden op het goed verloop van zowel
de ingreep als de nabehandeling. Wij doen niet alleen ons best, wij geven het uiterste.

De slijtage van de schijven (discussen) kan twee gevolgen hebben:

De slijtage van de schijven (discussen) kan twee gevolgen hebben: 

  1. Rugpijn voor de schijven in de lage rug en nekpijn voor de schijven in de nek
  2. Uitstralende pijn in de benen voor de lage rug en in de armen voor de nek

Laten we de problemen van pijn en uitstraling afzonderlijk aanpakken. We gaan het ook eerst hebben over knagende pijn die progresief over de maanden en jaren optreedt, en daarna gaan we het hebben over de plotse hevige acute pijnen in rug of nek die gepaard gaan met blocages en/of uitstralende pijn in de ledematen.

Knagende RUGPIJN door slijtage van tussenwervelschijven

‘Dokter, ik heb er de rug van vol’

De behandeling wordt in den beginne best gevolgd door de huisarts. Op het menu staan: medicijnen, vermageren, stoppen met roken, rugspier- en buikspieroefeningen, kinesitherapie, osteopathie, acupunctuur, een corset (lumbostaat), aanpassen van de werkomstandigheden, een beter bed enz. Eén ding weet men zeker: BEDRUST HELPT NIET

Als al dit niet meer werkt kan men zich de vraag stellen ‘KAN EEN OPERATIE MIJ HELPEN?’ 

In sommige gevallen wel. Het princiepe bestaat erin de versleten schijf operatief te verwijderen en dan ofwel de aanpalende wervels aan mekaar vast te zetten (arthrodese of spondylodese genaamd), ofwel een beweeglijke prothese in the plaatsen. Er zijn spijtig genoeg beperkingen aan zulke operaties. Er mogen namelijk niet te veel schakels aangetast zijn. Best zijn één, twee of drie schakels. Meer schakels opereren is technish niet moeilijker, maar de resultaten zijn niet zo goed. De huidige spitstechnieken laten ons toe te zeggen dat de kans dat iemand zich, laten we zeggen, een jaar na zijn operatie beduidend beter voelt, rond de 80% schommelt. Dit wil niet zeggen dat een bepaalde persoon 80% beter zal zijn, maar wel dat van honderd geopereerde personen er 80 tevreden zullen zijn en 20 ontgoocheld. Ze gaan daarom niet slechter, maar dat is een subjectief ervaren. Elke specialist die een beter percentage aankaart is eigenlijk niet oprecht. De beslissing om zulk een ingreep te laten uitvoeren ligt echter niet bij de rugspecialist maar bij de patient zelf en hij/zij draagt er dan ook de verantwoordelijkheid voor. Rugpijn is namelijk geen levensbedreigende aandoening en een ingreep is nooit ‘absoluut’ onafwendbaar zoals dit bijvoorbeeld wel het geval kan zijn bij een kwaadaardig gezwel. De rol van de rugspecialist is hier vooral om te informeren en alles duidelijk uit te leggen tot de persoon het goed heeft begrepen en zelf heeft beslist de operatie te laten doorgaan. Vanaf dat ogenblik zal de specialist zich natuurlijk volledig met hart en ziel toewijden op het goed verloop van zowel de ingreep als de nabehandeling. Wij doen niet alleen ons best, wij geven het uiterste.

De operatieve techniek die voor deze ingrepen worden gebruikt kunnen verschillen naargelang het geval en worden best door de specialist zelf voor elkeen afzonderlijk uitgelegd. De operaties gebeuren onder volledige verdoving, zijn eigenlijk niet pijnlijk, en de hospitalisatie duurt maar enkele dagen. Patiënten kunnen stappend naar huis gaan en een aktieve revalidatie is zelden vereist.

De ziekenhuizen beschikken over de meest moderne apparatuur met computer gestuurde chirurgie en microscopen. Het gebruik van het ene of andere toestel wordt voor elk geval afzonderlijk geëvalueerd en besproken met de patiënt.

Wie heeft nog nooit pijn gehad in de rug of in de nek?

Weinig onder ons durven we wel zeggen. Sommigen spreken zelfs van de ‘kwaal van de eeuw’.  Wat er ook van zij, in de meeste gevallen trekt de pijn na een tijdje vanzelf weg. Soms echter blijven de klachten hardnekkig bestaan en is een bezoek aan de huisarts aangewezen. Die zal je dan ondervragen en onderzoeken en ook wel eens bijkomende testen aanvragen zoals radiografieën of scanners. Medicijnen worden dan vaak voorgeschreven alsook de een of andere vorm van kinesitherapie of osteopathie.

Er zijn mensen die eerder alternatieve geneeskunde verkiezen. Op zich kan dat geen kwaad daar rug- en nekklachten meestal banaal zijn. Toch loopt men zo het risico naast een belangrijke aandoening te vallen. Best is dus toch eerst de huisarts even te gaan raadplegen.

Hoe komt het nu toch dat we rugpijn en nekpijn krijgen en waarom straalt deze pijn soms zo hevig en hardnekkig naar de ledematen?

Laten we eerst in het kort een schets maken van de struktuur van de wervelkolom. De wervelkolom heeft een drievoudige functie:

  1. Stabiliteit, want het is de as van het lichaam
  2. Mobiliteit, want we moeten soepel kunnen bewegen
  3. Protectie, van het ruggenmerg en de belangrijke zenuwen die er zich in bevinden en beschermd moeten worden

De wervels worden onder mekaar aaneengehouden door een tussenwervelschijf (discus) vooraan en twee gewrichten (facetgewrichten) achteraan. Het zijn deze tussenwervelschijven die de oorzaak zijn van al onze ellende. Zij zijn onderhevig aan slijtage, maar de snelheid van slijtage is voor iedereen verschillend. Bij sommigen komt dit vroeg op (rond de twintig – dertig jaar), en bij anderen veel later. Wie kent er geen personen die reeds grijs haar hadden voor dat ze dertig waren? En dat zijn daarom toch geen oude mensen! Hetzelfde gebeurt dus in de wervelkolom met de tussenwervelschijven. Maar er is meer: iedereen verslijt zijn schijven en toch heeft de ene daar veel meer last van dan de andere. Dit is nu eenmaal zo en we kunnen er niets aan doen.

Medische jargon


Artrodese: doen vastgroeien van een bot met een ander bot (hier wervels).

Uitpuilende tussenwervelschijf: uniforme uitpuiling van een tussenwervelschijf door inzakking (een beetje zoals een onvolledig opgepompte band).

Disctomie: operatie waarbij een deel van de tussenwervelschijf die uitpuilt en last veroorzaakt wordt weggenomen.

EMG (elektromyografie): meting van de elektrische geleiding van een zenuw.

Facetten: facetgewrichten bevinden zich links en rechts achteraan en verbinden twee wervels met elkaar.

Discus hernia: aandoening waarbij een deel van de tussenwervelschijf uitpuilt en klachten veroorzaakt zoals rug- of nekpijn. Kan ook pijn en last veroorzaken in het been of de arm.

Epidurale injectie of epidurale infiltratie: inspuiting uitgevoerd door een anesthesist waarbij medicatie rond de zenuwen in de wervelkolom wordt opgespoten (zoals wordt gedaan om pijn te bestrijden bij een bevalling).

MRI of NMR: magnetische resonantie is een soort scanner die werkt met een sterke magneet en een geluidsgolf (en dus niet met schadelijke X-stralen).

Radiculopathie: slechte werking van een wervelkolomzenuw met pijn, spierzwakte en tintelingen.

Sacro-iliacaal gewricht: gewricht tussen het bekken en het sacrum onderaan de wervelkolom.

Ischias: de zenuw die van de wervelkolom naar het been gaat en wordt gevormd door de verschillende lende zenuwen.

Spondylodese: het aan mekaar vastzetten van veschillende wervels.